Rifugio

Het Rifugio spel bestaat uit drie dingen: 1) Aanleggen: Allereerst leg je in je beurt steeds een landschapstegeltje aan. 2) Lopen: Vervolgens kun je met je houten poppetje met rugzak aan de wandel. Kom je langs bloemen, dieren, watervallen, passen en bergtoppen, dan krijg je daarvoor punten. Overigens: De beren wil je mijden, want deze zijn minpunten. 3) Bouwen: Tenslotte kun je gedurende het wandelen ook een Rifugio (Italiaans voor berghut), of meerdere Rifugi (berghutten) bouwen. Als iemand anders bij je hut langs komt, krijg je daarvoor ook punten. Wie aan het eind (als alle landschapstegels zijn aangelegd) de meeste punten heeft, wint het spel!

Het belangrijkste van het spel is setjes verzamelen: Heb je aan het eind alledrie de bergtoppen, alledrie de watervallen etc bezocht, dan krijg je per complete set bonus punten. Het leukste is het bouwen van de hutjes: Stel je hebt een hut met een beer aan beide kanten (je gebruikt die beren dan als een soort hek) en plaatst vervolgens iets ‘lekkers’ (een bloem, waterval oid) achter je hut, dan moeten je tegenstanders wel door je hut om daar te komen 😉

PERSONEN: 2-5    DUUR: 60 MIN (Met 2 personen slechts 30 MIN!)    LEEFTIJD: 8+

Speel je Rivers&Rafts dan voeg je ook watertegels toe. Hierover kun je natuurlijk niet lopen, maar wel varen. Je zult daarvoor een Raft (vlot) moeten bouwen, waarmee je je veel sneller verplaatsen kunt. Ook kun je er met de Raft van een ander vandoor gaan, of zelfs bij iemand anders op de Raft stappen en met die persoon wegvaren in een richting waar hij, of zij helemaal niet heen wil. 🙂

Auteur Niels Pieterse: “Rifugio en de uitbreidingssets zijn zéér geschikt voor twee personen. Als je met z’n tweëen speelt mag je in je beurt namelijk niet één, maar twee tegels aanleggen. Hierdoor gaat het spel minstens twee keer zo snel en ook heb je veel meer invloed op hoe het landschap zich ontwikkeld. Speel je met meerdere spelers, dan zou ik met jonge kinderen beginnen met het basisspel, maar anders z.s.m. Rivers&Rafts toevoegen. Deze is ietsje complexer, maar nog veel uitdagender.”